Havenbedrijf Rotterdam reageert op uitspraak vennootschapsbelastingplicht

Op donderdag 31 mei 2018 heeft het Europese Hof van Justitie uitspraak gedaan in de procedure tussen de Nederlands zeehavens en de Europese Commissie inzake de timing van de invoering van vennootschapsbelastingplicht voor deze zeehavenbedrijven.

“Het Havenbedrijf Rotterdam is teleurgesteld dat het Hof geen waarde heeft toegekend aan onze argumenten om te komen tot een gecoördineerde aanpak inzake de invoering van vennootschapsbelasting voor zeehavenbedrijven in alle betreffende Europese lidstaten. Een gecoördineerde aanpak had in onze optiek moeten leiden tot een uniforme ingangsdatum voor de heffing van vennootschapsbelasting”, aldus het havenbedrijf.

“Nu zijn de Nederlandse zeehavens hierdoor belastingplichtig geworden vooruitlopend op de havens in buurlanden waarmee zij in concurrentie zijn. Het Havenbedrijf is niet tegen de plicht om vennootschapsbelasting te moeten betalen maar blijft van mening dat dit op hetzelfde moment voor alle Europese havens zou moeten gelden. Indien dat niet het geval is, wordt hierdoor de concurrentiekracht van Nederlandse zeehavens beïnvloed.”