Grote opknapbeurt oude bruggen en tunnels

Minister van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat heeft op 17 januari 2018 in Rotterdam het startsein gegeven voor een grote onderhoudsoperatie die de bestaande infrastructuur in Nederland de komende decennia zal verjongen, vernieuwen en verduurzamen.

De noodzaak voor deze aanpak is groot, omdat veel bruggen en tunnels zijn aangelegd vanaf de jaren 50 en nu het einde van hun levensduur naderen. Ook zorgt de toenemende leeftijd van de objecten ervoor dat de kans op storingen toeneemt.

De investering in de bestaande infrastructuur is van belang om de betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van (vaar)wegen te kunnen blijven garanderen. Uitval en storingen leiden tot maatschappelijke hinder en economische schade. Door de groei van de mobiliteit neemt de impact hiervan toe. Investeren in de bestaande infrastructuur is daarmee naast aanleg van nieuwe wegen bijzonder effectief en verdient daarom meer aandacht en waardering.

Investeren in infrastructuur
De afgelopen decennia is de intensiteit van het verkeer enorm toegenomen en is ook het vrachtverkeer zwaarder geworden. Dit leidt tot een hogere belasting van de infrastructuur dan bij de bouw kon worden voorzien en zorgt ervoor dat renovaties of vervangingen eerder moeten worden uitgevoerd.

Het Programma Vervanging en Renovatie zorgt samen met het reguliere onderhoud voor een blijvende hoge kwaliteit van onze netwerken. Gezien de omvang van de opgave is er een flinke toename van het budget dat de komende jaren beschikbaar is om de bestaande infrastructuur aan te pakken. Van gemiddeld circa 150 miljoen euro per jaar in de periode tot 2020 tot een verwacht volume van ruim 350 miljoen euro per jaar voor de periode vanaf 2020.

Naast het verlengen van de levensduur van de infrastructuur, leent het programma zich goed voor de toepassing van de nieuwste technieken om toekomstige storingen te voorkomen en om de constructies en installaties zodanig te vernieuwen zodat ze ook klaar zijn voor de toekomst. We gaan niet alleen meer vervangen, maar zetten slimme innovaties in: zowel op de hardware als de software van de objecten.

Toepassen van slimme innovaties
Het gaat bijvoorbeeld om verdere standaardisatie en ontwikkeling van nieuwe ICT-oplossingen. Te denken valt aan de inzet van innovatieve sensorsystemen die de staat van objecten realtime scherp monitoren zodat vroegtijdig tegen een (dreigende) storing kan worden opgetreden. Het gaat ook om analyses van big data, zodat we beter kunnen voorspellen waar onderhoud nodig is en we het beschikbare geld doelmatiger kunnen inzetten. Daarnaast zijn de komende jaren veel ontwikkelingen te verwachten op het gebied van verkeersmanagementsystemen die weggebruikers onderweg ondersteunen met rij- en reisadviezen.

Door grote energieverbruikende installaties, zoals de besturing van hef- en draaibruggen en sluizen, te vervangen door een zuinigere oplossing, wordt bijgedragen aan de ambities om netwerken duurzamer en uiteindelijk volledig energieneutraal te laten opereren. Denk hierbij aan plaatsing van zonnepanelen voor de stroomvoorziening van verkeersinstallaties, maar ook aan hergebruik van de fundering en het asfalt van de weg bij groot onderhoud, en het onderzoeken van mogelijkheden voor bermgras als biobrandstof.

Economische afweging
Bij het onderhouden van de infrastructuur staat een veilig gebruik altijd voorop. Binnen dat kader wordt op basis van de technische staat bekeken wat een goed moment is voor onderhoud, renovatie of vervanging. Bij de programmering en prioritering van de projecten voor de bestaande infrastructuur zal naast veiligheid de impact van storingen van een object op de bereikbaarheid en de eventuele maatschappelijke schade zwaarder gaan wegen.

Regionale aanpak
Het is belangrijk om in een periode dat de mobiliteit flink groeit en er sprake is van een grote onderhoudsgave de netwerken toch zo goed mogelijk beschikbaar te houden. Bij de uitwerking van deze opgave wordt nadrukkelijk de samenwerking gezocht met betrokken stakeholders, zoals bestuurlijke partijen, netwerkbeheerders en private partijen, die hierdoor eerder mee kunnen denken en hun plannen en kennis kunnen inbrengen. Deze samenwerking begint met het vroegtijdig in kaart brengen van de toekomstige gezamenlijke onderhoudsopgave, inclusief de onzekerheden die daarin bestaan en de te verwachten hinder. Met deze aanpak wordt – veel meer dan nu het geval is – vroegtijdig in gesprek gegaan met alle betrokkenen over de totale, integrale, opgave inclusief bereikbaarheid van de regio.

Hiermee zal worden gestart in de regio Zuid-Holland, omdat in deze regio op korte termijn al een grote opgave ligt. Het gaat om een groot aantal objecten en trajecten die komende jaren op de nominatie voor renovatie staan, zoals Heinenoordtunnel, de Haringvlietbrug en de Van Brienenoordbrug. De te nemen maatregelen en de hinder als gevolg daarvan zijn in deze regio inmiddels in kaart gebracht en zullen met de bestuurlijke partners worden besproken als start van een intensievere samenwerking die nu officieel start. Het overzicht van geplande werkzaamheden zal op basis van de laatste inzichten steeds worden geactualiseerd. Het meest actuele overzicht is te vinden op de projectpagina Samen werken aan een bereikbaar Zuid-Holland. Voor de andere regio’s zal een soortgelijke aanpak worden ontwikkeld.