Onderzoek gestart naar communicatie na aanvaring stuw Grave

Rijkswaterstaat, 3 waterschappen en 3 veiligheidsregio’s gaan gezamenlijk optrekken in een evaluatieonderzoek naar de 1e 48 uur na de aanvaring van stuw Grave. Hierbij worden zij begeleid door het Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing onderdeel van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (DCC). Onderzoeksbureau Berenschot is op 24 februari gestart met dit evaluatieonderzoek. Naar verwachting zijn de resultaten van het onderzoek voor de zomer bekend.

Het onderzoek gaat in op het geleverde crisismanagement van de betrokken partijen in de 1e 48 uur vanaf het moment van de aanvaring.

De hoofdvragen die hierbij centraal staan zijn: 

  • Hoe is de samenwerking tussen de (bovenregionale) partijen verlopen?
  • Hoe liepen de informatie- en communicatielijnen?
  • Hoe, in het kader van (bestuurlijke) verantwoordelijkheden, is deze gemeente-, regio- en provincie grensoverschrijdende calamiteit opgepakt?

Het gaat niet zozeer om de schuldvraag maar om leer- en verbeterpunten
Samen met de partners in de regiegroep houdt het bureau goed in het vizier wat er vooral met deze evaluatie beoogd wordt: leren en verbeteren. Dat betekent dat er niet zozeer naar een schuldvraag gezocht wordt (hoe liep het buiten, ging alles volgens de regels en wie was waarvoor verantwoordelijkheid) maar dat er actief gestuurd wordt op verbeterpunten voor de toekomst. Zo krijgen alle betrokken partijen inzicht in wat de beste aanpak is bij grote regio overschrijdende calamiteiten.

De aanvaring van het stuwcomplex bij Grave
Op donderdagavond 29 december 2016 is bij mistig weer een binnenvaartschip, geladen met benzeen, tegen de stuw op de Maas bij Grave aangevaren. Als gevolg hiervan raakte het schip en de stuw beschadigd. De stuw kon daardoor niet meer zijn normale functie vervullen. De waterstand in zowel de Maas als het Maas-Waalkanaal is gedaald met gevolgen voor de scheepvaart en de woonboten met een ligplaats langs de Maas. Ook heeft de verlaagde waterstand effect gehad op de kades en dijken, het peilbeheer en de ecologie in de achterliggende gebieden. Direct na de aanvaring heeft inzet en opschaling plaatsgevonden van zowel Rijkswaterstaat als de betrokken waterschappen en de Veiligheidsregio Brabant-Noord, de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid en de veiligheidsregio Limburg-Noord. In gezamenlijkheid van deze partijen is daarom nu dit onderzoek opgestart.