Deltares onderzoekt 80 locaties op geschiktheid zandwinning

In opdracht van Rijkswaterstaat onderzoekt Deltares in samenwerking met Stichting LaMER ruim tachtig gebieden op geschiktheid voor de winning van suppletiezand en ophoogzand in de komende tien jaar.

Rijkswaterstaat heeft elke jaar miljoenen kubieke meter zand nodig om de Nederlandse kust te onderhouden en te beschermen tegen kusterosie veroorzaakt door zware stormen. Het zand dat wordt gebruikt is afkomstig van de zeebodem. Voor deze zandwinning is een ontgrondingsvergunning nodig. Om deze vergunning te krijgen moet een milieueffectrapportage worden opgesteld.Voor het verkrijgen van het milieurapport en de zandvergunnig werkt Rijkstwaterstaat samen met de Stichting LaMER, waarin de commerciele zandwinners van ophoogzand zijn verenigd.

Het zand voor winning wordt gezocht tussen de continue -20meter NAP dieptelijn en de zeewaartse grens van de 12-mijlszone. Ongeschikt zijn gebieden met bijvoorbeeld hoge natuurwaarde, waar leidingen in de bodem liggen, waar vaargeulen of windmolenparken (gepland) zijn of waar andere constructies staan. Verder is de opbouw van de ondergrond van belang.

Door deze uitsluitingsgebieden te combineren met het Delfstoffen Informatie Systeem, dat is ontwikkeld door Deltares in samenwerking met TNO, zijn ruim 80 locaties aangewezen als zoekgebied voor zandwinning. Deze moeten qua geologische opbouw onderzocht worden op mogelijke geschiktheid om de komende tien jaar zand te winnen.

Deltares onderzoekt momenteel voor elk van deze locaties hoe de bodem is opgebouwd, of er stenen, veen en sliblagen aanwezig zijn, hoe de structuur is van de zandkorrels en hoeveel slib er vrij komt in het geval van zandwinning.

Het onderzoek is half juni begonnen en eind oktober moet het onderzoeksrapport gereed zijn. Op basis van het advies beslist Rijkswaterstaat vervolgens welke gebieden de miljoenen kubieke meters zand gaan leveren om de Nederlandse kust de komende tien jaar te onderhouden en geschikt zijn voor de winning van ophoogzand. Het rapport vormt een achtergronddocument voor de milieueffectrapportage.