Studenten ontwerpen multipurpose schip voor de tropen

In juli werd het drie jaar lopende programma Proeftuin Maritieme Innovatie afgerond. Eén van de projecten die onder de paraplu van het programma werd uitgevoerd was het ontwerpen van een multi-purpose schip voor de Surinaamse binnenwateren. Drie jaar lang werkten hbo-studenten en mbo’ers samen, om uiteindelijk op 3 juli het eindresultaat te presenteren.

Het project begon in 2011, toen Stichting Steunfonds Bundung Vocational Trainings Institute het Da Vinci College in Dordrecht benaderde met de vraag of het mogelijk was studenten te laten helpen bij het verbeteren van het transport over de Coppenamerivier in Suriname. De school was enthousiast en wilde een samenwerking tussen onderwijs, mbo- en hbo-niveau, en het bedrijfsleven op starten.

Leerproces
Bert de Vries, sector manager bij Netherlands Maritime Technology, begeleidde de studenten vanuit de brancheorganisatie: “Ik werd betrokken bij het project vanaf het tweede jaar, maar weet wel dat het eerste jaar van het project een groot leerproces was voor alle betrokkenen. Zo was het nieuw voor de scholen dat studenten van verschillende niveaus samenwerkten, en er werd veel geleerd op het gebied van de afstemming van roosters en dergelijke. Ik vond het een hele mooie ervaring om op deze manier samen te werken met studenten van verschillende opleidingen, scholen en niveaus en het betrokken bedrijfsleven.”

Anders dan in een boek
“Toen ik in het tweede jaar betrokken raakte, wilde ik wat gerichter ter werk gaan dan tot nu toe het geval was geweest. Er was nog erg weinig informatie voorhanden over de precieze einddoel van het schip: wat zijn de nautische omstandigheden, hoe zien de aanlegplaatsen er uit, hoeveel en wat moet er getransporteerd worden, waren enkele onbeantwoorde vragen. Ik ben daarom ook naar Suriname geweest, om met eigen ogen te zien wat de behoefte was. Daar bleek duidelijk dat er hulp nodig was. De kleine regioboot werd overladen en was zeer gevaarlijk. Daarnaast helpt een beter schip ook mee aan de economische ontwikkeling in de dorpen”, vertelt De Vries.

In het tweede jaar gingen net als in het eerste jaar mbo leerlingen elektrotechniek en werktuigbouwkunde, maar ook hbo-studenten logistiek aan de slag met het ontwerpen van het schip, maar ook met het nadenken over bijvoorbeeld brandstofkosten of cargoladingen. De Vries: “In dit jaar zijn we ook op verschillende bedrijfsbezoeken geweest, waarbij de bedrijven heel enthousiast waren om op hun beurt studenten weer te enthousiasmeren voor de sector.” Stefano de Koning, student engineering op het Da Vinci College Dordrecht, valt hem bij: “We hebben veel contact gehad met bijvoorbeeld Veth Propulsion, vooral om de aandrijving van het schip te bespreken. Zij hebben ons geadviseerd welke motor en generatoren het schip mogelijk nodig zou kunnen hebben.”

De Koning was zowel in het tweede als derde jaar van het project betrokken. “Ik had aangegeven op school dat de maritieme installatietechniek mij interesseerde en daarom vroegen zij mij mee te doen aan het project. Het leek me erg interessant om op deze manier aan de slag te gaan, het is een andere manier van leren dan alles in een boek te lezen. Ik heb onder andere de elektrotechnische installatietekening van het schip gemaakt, zowel in 2D als in 3D, maar ik ben ook bezig geweest met een stukje programmering.”

Bouwstenen
“En zo hadden we aan het einde van het tweede jaar allerlei bouwstenen om een schip te ontwerpen, maar hadden we nog steeds geen echt ontwerp. Beide jaren misten we namelijk scheepsbouwstudenten die een scheepsontwerp konden maken en bij de start van het derde jaar werd duidelijk dat we toch echt met een ontwerp moesten komen, onder meer omdat de Proeftuin aan het einde van het schooljaar zou stoppen. Toen kregen we plotseling acht aanmeldingen van studenten scheepsbouw. Zij gingen in februari van start en hebben een compleet ontwerp gemaakt, op basis van de onderzoeken en resultaten van de voorgaande groepen. Zo hadden de werktuigbouwstudenten drie bruikbare oplossingen ontworpen voor de aandrijving van het schip, waaruit de scheepsbouwstudenten konden kiezen”, vertelt De Vries.

Wens
Nu het eindontwerp is gepresenteerd, bestaat ook de wens dat het project ter uitvoering wordt gebracht. De Koning is blij met het eindresultaat: “Ik vind het hartstikke gaaf dat we dit met z’n allen ontworpen hebben, zeker omdat we allemaal studenten zijn. Ik zou het schip nog wel graag willen zien varen, maar dat is even afwachten.” De Vries vult aan: “Het is namelijk erg lastig voor de Stichting om de financiering rond te krijgen en daarbij zijn er nog logistieke aspecten die afgestemd dienen te worden, zoals bemanning of exploitatie.”

Het Centrum voor Innovatief Vakmanschap wil deze manier van multidisciplinair en multilevel onderwijs verder oppakken en met een nieuwe groep studenten gaan werken aan een nieuw project. De Vries: “De formule om studenten van verschillende scholen, niveaus en opleidingen, samen met het bedrijfsleven te laten werken aan een project blijkt goed te werken. Het is mooi dat deze manier van onderwijs voortgezet wordt.” Ook De Koning is hierover te spreken: “Het laat goed zien hoe de praktijk er ook aan toe kan gaan en je krijgt een stukje zelfstandigheid mee, die op het mbo nog wel eens ontbreekt. Daarnaast is de samenwerking tussen hbo en mbo geslaagd, iedereen weet namelijk wat zijn of haar kwaliteiten zijn. Zo zal een hbo’er sneller de leiding nemen en taken verdelen bijvoorbeeld.” AK